PINKPANEL 2019: 38% heeft vervelende ervaringen op werk of opleiding

Gepubliceerd op:

door

Categorie:

, , ,

Tags:

Jaarlijks doen wij door middel van de enquête PinkPanel onderzoek naar de veiligheidsgevoelens en discriminatie-ervaringen van LHBTI-personen in de regio Utrecht. Van de 166 ondervraagden gaf 38% aan het afgelopen jaar te maken hebben gehad met vervelende opmerkingen tijdens hun werk of opleiding. 29% had één of meerdere ervaringen met discriminatie en intolerantie tijdens het uitgaan. Een aanzienlijk deel van de respondenten geeft ook aan het gedrag en uiterlijk aan te passen of plekken te vermijden om zo veiliger te zijn.

In opdracht van de Gemeente Utrecht brengen wij door middel van de enquête PinkPanel inzicht in de veiligheidsgevoelens en discriminatie-ervaringen van LHBTI-personen (lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transgender- en intersekse personen; in de praktijk wordt deze afkorting gebruikt voor iedereen onder de paraplu van seksuele, gender- en seksediversiteit).

Onveilig gevoel in eigen woonomgeving

22% van de ondervraagden gaf aan het afgelopen jaar in de eigen wijk last te hebben gehad van bijvoorbeeld een onveilig gevoel, discriminerende opmerkingen, uitschelden en roddels. Van de mensen die aangaven een vervelende ervaring te hebben gehad, had 8% last van geweld. 1 persoon vulde een poging tot verkrachting in.

“Ik werd meneer genoemd en toen ik verbeterde, werd ik vreemd aangekeken”.

Vervelende opmerkingen op het werk of tijdens opleiding

Hoewel de overgrote meerderheid in ieder geval naar sommige mensen open kan zijn over de eigen geaardheid of genderidentiteit (96%), had meer dan een derde van de ondervraagden last van vervelende opmerkingen op het werk of tijdens de opleiding. Opmerkingen zoals “Wauw, het lijkt me echt goor om seks met een vrouw te hebben” en “Pas op, hij staat achter je! Niet bukken!”.

Zorg & Overheid: 75% respondenten komt uit voor over geaardheid en genderidentieteit

Meer dan drie kwart van de ondervraagden gaf aan altijd open te kunnen zijn over de eigen geaardheid en genderidentiteit in het ziekenhuis, verpleeghuis of bij de thuiszorg. 8% gaf aan dat niet te doen. Bij de zorg in brede zin is er gevraagd hoe er met aanspreekvormen wordt omgegaan, zoals hij, zij, meneer of mevrouw. Meer dan de helft van de mensen geeft aan dat dit (bijna) altijd goed gaat. Echter doet 7% zich voor het gemak voor als cisgender (iemand die zich identificeert met het toegewezen geboortegeslacht). Bij overheidsinstanties zijn deze cijfers vergelijkbaar.

45 incidenten met LHBTIQ+ personen tijdens uitgaan en op straat

29% van de ondervraagden ervoer het afgelopen jaar discriminatie of intolerantie tijdens het uitgaan. Er werden 45 incidenten genoemd, bijna de helft hiervan vond plaats op straat, onderweg van en naar de uitgaansgelegenheid. Mensen hadden vooral last van discriminerende opmerkingen, uitschelden, fysieke agressie, bedreiging en seksuele intimidatie/agressie. 34% gaf aan geen vervelende ervaringen te hebben gehad omdat zij zich tijdens het uitgaan aanpassen of bepaalde plekken vermijden. Op andere plekken in het openbaar gaf 37% aan één of meerdere malen discriminatie of intolerantie te hebben ervaren. Eén van deze incidenten vond plaats tijdens Utrecht Canal Pride.

Genderdiscriminatie discriminatie in de sport

Bijna de helft van de ondervraagden sport niet. De mensen die wel sporten gaan veelal naar een sportschool, vaak omdat men zich daar prettiger bij voelt. De mensen die wel bij een vereniging sporten geven echter in veel gevallen aan dat zij open kunnen zijn over hun identiteit. Sommige mensen geven wel aan dat ze kleedkamers verschrikkelijk vinden: “Mensen zeggen regelmatig dat ik in de verkeerde kleedkamer ben”. Ook komen opmerkingen zoals “Je slaat als een homo” of “Je trapt als een wijf” nog voor.