Vervolgonderzoek ‘Wel gebeurd, niet gemeld’

Gepubliceerd op:

door

Categorie:

, ,

Tags:

Nieuw onderzoek naar veiligheidsbeleving van LHBTI+-personen

In 2015 publiceerden wij het onderzoek ‘Wel gebeurd, niet gemeld’, waarin de discriminatie-ervaringen van LHBTI+-personen en hun meldingsbereidheid werd onderzocht. Vanwege grote interesse voor dit onderzoek en de relevantie ervan, vroeg de gemeente Utrecht vorig jaar om een grootschaliger vervolgonderzoek. De resultaten bieden interessante inzichten en lessen over de veiligheidsbeleving van de LHBTI+-gemeenschap en hun beweegredenen om discriminatie te melden.

Heftige verhalen over onveiligheid en discriminatie maken indruk

Het eerste onderzoek focuste op café Bodytalk in Utrecht. De heftige verhalen van LHBTI+-bezoekers over onveiligheid en discriminatie maakten grote indruk. Bovendien bleek dat de meldingsbereidheid beperkt was, omdat veel incidenten niet als ‘erg genoeg’ werden beschouwd. In het vervolgonderzoek werden zowel café Bodytalk als twee andere uitgaanslocaties betrokken, evenals een groter aantal respondenten.

Uit vervolgonderzoek is gebleken dat veel LHBTI+-bezoekers nog steeds regelmatig discriminatie ervaren. Over het algemeen zijn deze ervaringen minder heftig dan uit het voorgaande onderzoek was gebleken en de meeste respondenten voelden zich overwegend veilig tijdens het uitgaan in Utrecht. Bovendien waren er meer respondenten die geen ervaring hadden met discriminatie. Dit was voornamelijk bij een jonger publiek en tijdens gelegenheden met LHBTI+- als doelgroep.

Slecht klein deel van discriminatie incidenten wordt gemeld

Helaas blijkt ook uit het vervolgonderzoek dat slechts een minderheid een melding deed van een discriminatie-incident. Incidenten worden vaak nog steeds als ‘niet erg genoeg’ beschouwd en er wordt vaak gedacht dat een melding niet veel verschil maakt. Bovendien dachten veel respondenten dat de moeite die het kost om een melding te doen vaak niet opweegt tegen wat het oplevert. Als gevolg hiervan geven respondenten aan dat ze er regelmatig voor kiezen hun gedrag of uiterlijk aan te passen, om herhaling van discriminatie te voorkomen.

Veel respondenten onbekend met mogelijkheden om discriminatie te melden

Het onderzoek leert ons dat het belangrijk is om het melden van discriminatie laagdrempelig te houden. Het moet geen langdurig of ingewikkeld proces zijn. Bovendien waren veel respondenten zich niet bewust van de mogelijkheden om discriminatie te melden. Naast de politie zijn er veel instanties waarbij dit kan, zoals Art.1 MN. Hierbij is het belangrijk om het nut van het melden te benadrukken, omdat elke melding helpt om het huidige beleid te verbeteren en in de toekomst andere mensen die te maken hebben met discriminatie beter te hulp kunnen staan.

Bij Art.1 MN kan altijd een melding worden gemaakt van discriminatie. Dit is voor elke vorm van discriminatie en deze behandelen we op een toegankelijke en open manier. Daarnaast zijn we op het moment in samenwerking met COC Midden-Nederland een meldplatform aan het opzetten dat zich specifiek richt op deze doelgroep. De hoop is dat dit een bekend platform wordt en dat mensen meer zullen leren over het nut van melden.